Geplaatst op:6 januari 2019

Hoger nettoloon in 2019, voor werkgevers wordt personeel duurder

Het nieuwe jaar start mooi voor werknemers, want op de eerste loonstrook van 2019 zal bijna iedereen zien dat er dit jaar netto meer overblijft. Vooral mensen met een laag- of middeninkomen profiteren van de belastingverlaging die het kabinet doorvoert. Werkgevers zijn niet zo blij, want zij betalen in 2019 meer voor hun personeel. De sectorpremies dalen wel, maar premies gaan omhoog voor de Zorgverzekeringswet (Zvw), het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Aof) en de algemene werkloosheidspremie (Awf).

Deze cijfers volgen uit berekeningen van HR- en salarisdienstverlener ADP op basis van de belastingtarieven en pensioenpremies vanaf januari 2019.

Nettoloon gaat in 2019 echt omhoog

Jarenlang merkten werknemers nauwelijks iets van de groeiende economie, maar in 2019 gaan de nettolonen nu echt omhoog. Werknemers met een modaal inkomen (2.778 euro) zien hun nettoloon met 56 euro per maand stijgen. Dit komt door hogere heffingskortingen en de daling van het belastingtarief in de tweede en derde schijf van 40,85% naar 38,10%. Mensen met een minimumloon zien per januari 36 euro meer op hun loonstrook staan. Hierin is de halfjaarlijkse aanpassing per januari van het minimumloon meegenomen.

De netto vooruitgang vlakt af vanaf een loon van 5.000 euro per maand. Hoewel werknemers met hogere lonen wel profiteren van de lagere belasting, wordt de arbeidskorting sneller afgebouwd. Iemand met een salaris van twee keer modaal gaat er 56 euro op vooruit; wanneer echter 2,5 keer modaal binnenkomt (6.944 euro) is de stijging met 29 euro een stuk minder. Bij drie keer modaal stijgt het nettoloon met 43 euro. Dat komt met name doordat het toptarief ook iets daalt van 51,95% naar 51,75%.

Gevolgen premies voor werkgevers

Als de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) door de Tweede en Eerste Kamer wordt aangenomen, is 2019 het laatste jaar waarin sectorpremies worden geheven. Vanaf 2020 is er dan nog maar één WW-premie, die afhankelijk is van de lengte en omvang van het arbeidscontract.

De gemiddelde sectorpremie 2019 bedraagt 0,77% en is hiermee 0,51 procentpunt lager dan die van 2018. Voor 48 sectoren daalt de sectorpremie, voor 13 sectoren stijgt deze. De vijf grootste premiestijgingen zijn te zien in de sectoren Verzekeringswezen (+0,66 procentpunt), Uitgeverij (+0,65 procentpunt), Railbouw (+0,33 procentpunt), Binnenscheepvaart (+0,28 procentpunt) en Suikerverwerkende Industrie (+0,26 procentpunt). De hoogste sectorpremies zijn de premies bij Uitzendbedrijven (2,42%), Banken (2,19%) en Uitgeverijen (2,19%).

Net als in 2018 stijgt ook dit jaar de bijdrage voor de Zorgverzekeringswet (Zvw). De werkgeversbijdrage stijgt van 6,90% naar 6,95% en is hiermee terug op het niveau van 2015. Voor werknemers die meer dan 55.927 euro per jaar verdienen, moet bijna 10 euro per maand meer worden betaald.

Ontwikkelingen per sector

Bouw: sectorpremie 0%

Opvallend is dat de sectorpremie voor de bouwsector daalt van 5,74% naar 0%. Deze 0%-premie geldt zowel voor korte als lange contracten. Naast de teruglopende werkloosheid in de bouwsector heeft ook het positieve vermogen van het sectorfonds een belangrijke invloed. Een werknemer met een vierwekenloon van 3.000 euro wordt 163 euro voordeliger. Bij iemand met een salaris van 4.500 euro scheelt dit maar liefst 215 euro.

Metaal & Techniek: hogere algemene premies

Iets lagere pensioenpremies zijn niet voldoende om de hogere algemene premies te compenseren. Voor een werknemer met een maandloon van 3.000 euro is 4 euro minder aan pensioenpremie verschuldigd, maar stijgen de overige werkgeverslasten met 15 euro. Per saldo wordt deze werknemer dus 10 euro duurder per maand. De hogere kosten lopen op tot 37 euro voor werknemers met een salaris van meer dan 5.500 euro.

Zorg & Welzijn: lagere pensioenlasten niet voldoende

Over de gehele linie worden werknemers in de sector Zorg & Welzijn duurder. Ook hier compenseren de lagere pensioenlasten niet de stijging van de algemene premies. Voor een werknemer met een modaal inkomen (2.778 euro) betaalt een werkgever 16 euro meer per maand. Bij een werknemer die 5.250 euro verdient, zijn de werkgeverslasten 51 euro hoger in vergelijking met 2018.

Overheid: stijgende pensioenlasten niet voldoende

Stijgende pensioenlasten zorgen ervoor dat de werkgeverslasten extra omhooggaan in deze sector. Voor een ambtenaar die 3.000 euro verdient, moet 27 euro per maand meer worden betaald. Bij een loon van 5.000 euro is een overheidsinstelling 79 euro meer kwijt. Het grootste deel hiervan (50 euro) komt door een hogere pensioenpremie. Een ambtenaar die drie keer modaal verdient, wordt 160 euro per maand duurder.

Transport: wisselend beeld

Een aanpassing van het maximumloon waarover pensioen wordt opgebouwd en de franchise zorgt voor een wisselend beeld ten aanzien van de pensioenlasten in de transportsector. Voor werknemers die tot 4.500 euro per maand verdienen, is minder pensioenpremie verschuldigd. Voor werknemers boven de 4.500 euro stijgen de pensioenlasten met 15 euro per maand. Hoewel de sectorpremie fors daalt, worden werknemers over de gehele linie duurder. De werkgeverslasten stijgen met 4 euro bij een werknemer die 3.000 euro verdient. Vanaf 5.250 euro stabiliseert het op 52 euro per maand.

Beloning en wetswijzigingen 2019

Het kraamverlof van twee dagen wordt vervangen door de Wet Invoering Extra Geboorteverlof (WIEG). Partners van de moeder krijgen per 2019 recht op geboorteverlof van eenmaal de wekelijkse arbeidsduur (vijf dagen bij fulltime dienstverband). De werkgever moet het loon doorbetalen. Vanaf 1 juli 2020 komen hier nog eens vijf weken extra geboorteverlof bij. In dat geval ontvangt de werknemer een uitkering van UWV ter hoogte van 70% van het loon. Per 2019 wordt het adoptieverlof uitgebreid van vier naar zes weken.

Per 1 juli 2019 worden de minimumlonen niet alleen met de halfjaarlijkse aanpassing verhoogd. Vanaf die datum is het 100% minimumloon van toepassing vanaf 21 jaar. Ook de bedragen voor jongeren worden aangepast. Een 20-jarige heeft vanaf 1 juli recht op 80% van het minimumloon. Nu is dat nog 70%.

 

Bron: personeelsnet.nl

ARBEIDSRECHT

Het arbeidsrecht is voortdurend in ontwikkeling. Wetgeving verandert continu, rechtspraak en literatuur geven steeds weer een andere kijk op de zaken.

Waar kunnen we u mee helpen?

Adviesgesprek aanvragen

Vraag nu een juridisch adviesgesprek aan en krijg vrijblijvend advies van onze specialisten.
Adviesgesprek aanvragen

Contact opnemen

Onze medewerkers voorzien u graag van advies en ondersteuning. Neem contact met ons op met uw vragen.
Contact opnemen
Schravenmade Advocaten in Maarssen, Utrecht, onderscheidt zich al meer dan 40 jaar door specialisatie in vooral ondernemingsrecht, waaronder arbeidsverhoudingen, ambtenarenrecht en ontslagrecht. Bovendien begeleiden we fusies en overnames.
Schravenmade Advocaten heeft geen stichting derdengelden. Schravenmade Advocaten ontvangt daarom geen derdengelden.
© Copyright 2024 - Schravenmade Advocaten - Alle rechten voorbehouden
Bisonspoor 1218
3605 KZ Maarssen
0346-56 07 64
Adviesgesprek aanvragenContact opnemen
Schravenmade Advocaten doceren o.a. voor de NVM en is betrokken bij het onderwijs aan 2 juridische scholen.
Wilt u onze informatieve nieuwsbrief ontvangen?

pencilphone linkedin facebook pinterest youtube rss twitter instagram facebook-blank rss-blank linkedin-blank pinterest youtube twitter instagram