Geplaatst op:14 december 2017

Ontslaan van een lid van de OR

Bedremmeld deed hij zijn verhaal. Een wat oudere man die al bijna 20 jaar in de geestelijke gezondheidszorg werkte. Hij gaf leiding in de dagbesteding en “ze wilden hem ineens kwijt” en werd zonder veel plichtplegingen geschorst. Het bleef in eerste instantie gissen naar de echte beweegredenen van de werkgever. Weliswaar kwamen er allemaal – nogal wilde – verwijten, maar onderbouwd met feiten werd het allemaal niet en voor een deel ervan bestonden ook nog eens (medische) redenen. Meneer werd zijn harde stem op de afdeling verweten. Dat zou onvriendelijk en intimiderend zijn en werd als onheuse bejegening van cliënten gepresenteerd. Helaas was de beste man slechthorend en had hij geen idee van zijn stemvolume. Dat was eerder bekend binnen de organisatie, maar na de aanstelling van een nieuwe leidinggevende, werd dit ineens een verwijt.
Toen ik vroeg hoe de organisatie in elkaar stak kwam de aap snel uit de mouw. Het bleek een organisatie in verandering met nogal wat spanningen. Binnen korte tijd bleek de helft van de ondernemingsraad te zijn vertrokken, vooral op niet-vrijwillige wijze. Mijn cliënt was ook lid daarvan en bleek eerder op sommige punten kritische vragen gesteld te hebben.
Cliënt en ik gingen samen aan de slag. Op vragen om toelichting en het verzoek om te mogen terugkeren in de functie kwam geen afdoende reactie. Ook het wijzen op schendingen van de CAO bij het schorsen had geen effect en de werkgever besloot zelfs om een ontslagprocedure tegen mijn cliënt te starten.
De kantonrechter was er snel klaar mee. Zij wees in haar uitspraak op de bijzondere manier waarop de OR van de werkgever vertrokken was, de negatieve berichten van leden van de OR aan de arbeidsinspectie. Vervolgens ging de kantonrechter in op de (vage verwijten), waarvan niet duidelijk was wie welke klacht geuit zou hebben. Van zorgvuldige afhandeling van klachten kon niet gesproken worden. Als klap op de vuurpijl had de werkgever mijn cliënt eerst voor de zogenaamde verwijten een waarschuwing gegeven, maar een week later moesten dezelfde verwijten tot zijn ontslag leiden. Voor de kantonrechter was helder dat hier op basis van het ondernemingsraad-lidmaatschap een poging werd gedaan van een kritische medewerker af te komen. Ze wees het ontbindingsverzoek af. Inmiddels zijn we enkele jaren verder en werkt mijn cliënt nog steeds tot tevredenheid bij dezelfde werkgever. Hij zit ook nog altijd in de OR.
Kantonrechter Rechtbank Den Haag 15 december 2014, ECLI:NL:RBDHA:2014:15680
Auteur: Bernard Baas

Waar kunnen we u mee helpen?

Adviesgesprek aanvragen

Vraag nu een juridisch adviesgesprek aan en krijg vrijblijvend advies van onze specialisten.
Adviesgesprek aanvragen

Contact opnemen

Onze medewerkers voorzien u graag van advies en ondersteuning. Neem contact met ons op met uw vragen.
Contact opnemen
Schravenmade Advocaten in Maarssen, Utrecht, onderscheidt zich al meer dan 40 jaar door specialisatie in vooral ondernemingsrecht, waaronder arbeidsverhoudingen, ambtenarenrecht en ontslagrecht. Bovendien begeleiden we fusies en overnames.
Schravenmade Advocaten heeft geen stichting derdengelden. Schravenmade Advocaten ontvangt daarom geen derdengelden.
© Copyright 2023 - Schravenmade Advocaten - Alle rechten voorbehouden
Bisonspoor 1218
3605 KZ Maarssen
0346-56 07 64
Adviesgesprek aanvragenContact opnemen
Schravenmade Advocaten doseert o.a. voor het NVM en is betrokken bij het onderwijs van 2 juridische scholen.
Wilt u onze informatieve nieuwsbrief ontvangen?

pencilphone linkedin facebook pinterest youtube rss twitter instagram facebook-blank rss-blank linkedin-blank pinterest youtube twitter instagram