Nog niet alle werkgevers houden zich bij tijdelijke arbeidscontracten aan de aanzegplicht. En dat is zonde, want als u zich er wel aan houdt bespaart u heel eenvoudig onnodige kosten. Daarom vertelt Schravenmade u in dit artikel alles over de aanzegplicht.
De aanzegplicht houdt in dat u als werkgever verplicht bent om werknemers met een tijdelijk contract uiterlijk één maand voor de einddatum van het contract te informeren of de arbeidsovereenkomst wel of niet wordt voortgezet. Dit is geregeld in artikel 7:668 van het Burgerlijk Wetboek (BW).
De aanzegplicht geldt dus ook als u het arbeidscontract voortzet. In dat geval moet u aangeven onder welke voorwaarden u het arbeidscontract wilt voortzetten.
De aanzegplicht geldt niet:
U moet de aanzegging schriftelijk doen. Dat kan per brief of per e-mail, maar er zijn ook zaken bekend waarin de rechter een aanzegging per WhatsApp accepteerde.
Als het tot een rechtszaak komt moet u als werkgever kunnen aantonen dat de werknemer de aanzegging heeft ontvangen. Verstuurt u de aanzegging per post? Doe het dan dus het liefst aangetekend. Verstuurt u een e-mail? Vraag de werknemer dan om een ontvangstbevestiging. Bij WhatsApp kunt u in principe afgaan op de blauwe vinkjes, maar als uw werknemer die optie heeft uitgeschakeld kunt u alsnog niet aantonen dat het bericht hem of haar heeft bereikt. Wij adviseren u de aanzegging dus altijd per aangetekende post of per e-mail (met verzoek om ontvangstbevestiging) te versturen.
U mag in de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd al een bepaling opnemen waarin u de werknemer aanzegt dat er geen sprake zal zijn van een opvolgende arbeidsovereenkomst. Wij adviseren u dit alleen te doen in die gevallen waarin u al zeker weet dat er geen opvolgend arbeidscontract zal volgen.
In andere gevallen adviseren wij u om, op het moment dat u de arbeidsovereenkomst sluit, de aanzegplicht al te agenderen. Doe dat ruim voor het begin van de aanzegtermijn van een maand, dan weet u zeker dat u op tijd bent.
Komt u de aanzegplicht niet op tijd na? Dan eindigt de arbeidsovereenkomst toch automatisch op de overeengekomen datum. U bent dan wel een aanzegvergoeding verschuldigd. De hoogte van deze aanzegvergoeding is maximaal één maandsalaris. Komt u de aanzegplicht te laat na, maar wel binnen de periode van één maand? Dan bent u de aanzegvergoeding verschuldigd naar rato van de periode dat u te laat was. Als u acht dagen te laat was bent u dus een aanzegvergoeding verschuldigd ter hoogte van acht dagen salaris.
Let op: ook als u de arbeidsovereenkomst voortzet, maar dit niet op tijd aanzegt, bent u aanzegvergoeding verschuldigd. De kans is echter klein dat uw werknemer er dan aanspraak op zal maken.
U moet de aanzegvergoeding alleen betalen als de werknemer er daadwerkelijk aanspraak op maakt. Als u de vergoeding niet op zijn of haar eerste verzoek voldoet, moet uw werknemer de vergoeding binnen twee maanden na de einddatum claimen bij de kantonrechter, anders vervalt het recht.
In geval van faillissement of surseance van betaling bent u overigens geen aanzegvergoeding verschuldigd.
Heeft u vragen over de aanzegvergoeding? Of andere vragen over het arbeidsrecht? Neem dan contact met ons op, onze specialisten arbeidsrecht staan voor u klaar.
Het arbeidsrecht is voortdurend in ontwikkeling. Wetgeving verandert continu, rechtspraak en literatuur geven steeds weer een andere kijk op de zaken.